Moeilijkheden bij het afbakenen van de categorie voorzetsels
De voorzetsels van het Nederlands vormen een relatief beperkte groep in
vergelijking met andere woordsoorten, zoals bijvoorbeeld werkwoorden of
zelfstandige naamwoorden. Toch is het moeilijk om een volledig overzicht te
geven van de Nederlandse voorzetsels aangezien er een aantal twijfelgevallen
zijn: het is niet altijd duidelijk of een woord een voorzetsel is of een andere
woordsoort. Daar zijn twee redenen voor:
- (1) Taal verandert
- (2) Sommige voorzetsels hebben dezelfde distributie als andere woordsoorten
(1) Taal verandert
Sommige voorzetsels zijn verouderd en verdwijnen uiteindelijk, zoals het
voorzetsel trots, terwijl andere voorzetsels redelijk recent zijn
toegevoegd aan de categorie voorzetsels, zoals richting. Andere woorden
worden in toenemende mate als voorzetsel gebruikt, zoals begin, midden,
eind, die een temporele relatie uitdrukken, en hartje, binnenkant,
hoek, die een ruimtelijke relatie uitdrukken.
- Voorbeelden:
- Er staat een grote file richting Schiphol.
- Begin dit jaar ben ik naar Rome geweest.
- Doping maakte midden jaren negentig deel uit van het wielrennen.
- De verkiezingen zullen eind mei plaatsvinden.
- De bal vliegt binnenkant paal in het doel.
- Op de Dam, hartje centrum, verzamelde zich een grote groep betogers.
- We spraken af op het Golda Meirplein, hoek Broadway en 39ste straat.
Een aantal combinaties van voorzetsels met -langs (bijv. voorlangs,
achterlangs) lijken zich ook te ontwikkelen als nieuwe
voorzetsels. Deze samengestelde voorzetsels vertonen overeenkomsten met
omzetsels (bijv. voor het doel langs achter de boerderij langs) maar
staan met -langs vóór het complement: . Zie ###REF#par.
9.1.4#REF### voor historische informatie over deze ontwikkeling.
- Voorbeelden:
- De gordel wordt bovenlangs de armsteun van het zitje geleid.
- We klauteren onderlangs de overhangende rotsrand naar beneden.
(2) Sommige voorzetsels hebben dezelfde distributie als andere woordsoorten
Voorzetsels zoals sinds en door komen voor op plekken waar ook
voegwoorden kunnen voorkomen. In de voorbeelden (b) en (d) leiden deze
voorzetsels een bijzin in, zoals voegwoorden, terwijl ze in (a) en (c)
voorafgaan aan een nominale constituent, zoals ‘normale’ voorzetsels. Het is
daarom niet duidelijk of we sinds en door in (b) en (d) als
voegwoorden dan wel als voorzetsels moeten beschouwen.
- a. Sinds zijn aanstelling in 2011 streeft hij bescheiden doelen na.
- b. Sinds ik burgemeester ben, bezoek ik veel meer steden dan vroeger.
- c. Door die houding ben ik in mijn twaalf jaar als prof altijd gelukkig geweest..
- d. Door rustig te blijven bereik je meer.
Ook als, behalve, dan,en zoals zijn twijfelgevallen: ze delen
sommige eigenschappen met voorzetsels (ze kunnen gevolgd worden door een
nominale constituent en soms vervangen worden door andere voorzetsels, zoals in
(f) en (h)), en andere met voegwoorden (ze kunnen een bijzin inleiden, zoals in
(i) en (k)). Dit wordt geïllustreerd in de volgende voorbeelden:
- e. Hij is benoemd als voorzitter van de vergadering.
- f. Hij is benoemd tot voorzitter van de vergadering.
- g. Behalve ik was er niemand in de zaal.
- h. Buiten mij was er niemand in de zaal.
- i. Hij twijfelt vaker dan hij zou willen.
- j. Hij is groter dan ik.
- k. Hij doet het zoals hij het altijd gedaan heeft.
- l. Hij is iemand zoals ik.
Een opvallend verschil tussen voorzetsels en voegwoorden wordt geïllustreerd in
de voorbeelden (g), (h), (j) en (l): voorzetsels gaan vooraf aan een
niet-onderwerpsvorm van een persoonlijk voornaamwoord, zoals in buiten
mij, terwijl voegwoorden de onderwerpsvorm selecteren, zoals
in behalve ik, dan ik,en zoals ik.
. Zie ###REF#par. 9.1.4#REF### voor meer informatie over het gebruik van
deelwoorden als voorzetsels.
Verder lezen
Literatuur
Versiegeschiedenis
versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
3.0 |