Algemeen
 
[ 25·12·2·1 ]
 
In tegenstelling tot de meeste andere reeksvormers (maar evenals zowel-als) kan het eerste element (evenmin en zomin) voor én achter het eerste lid van een nevenschikking staan, bijv.:

(1a) Maria houdt evenmin van oesters als van mosselen.
(1b) Maria houdt van oesters evenmin als van mosselen.

In overeenstemming daarmee is de mogelijke plaatsing van evenmin en zomin bij doorbreking van het eerste lid (zie ) en bij splitsing (zie ).
 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina