Indeling naar de vorm
 
[ 11·2·1 ]
 
Veel tussenwerpsels zijn eenlettergrepig. Ze kunnen wel herhaald worden: nounounou, hèhè, t-t (een dubbele click), jaja , enz. Daarnaast zijn er twee- of meerlettergrepige tussenwerpsels; daartoe behoren:

·   samenstellingen en combinaties waarvan de componenten niet identiek zijn en afzonderlijk kunnen voorkomen: die componenten zelf zijn niet noodzakelijk tussenwerpsels: welja, jawel, nee maar, toe maar; ;

·   versteende groepen en zinnen, bijv. heremijntijd, hemeltjelief, welterusten, goeiemorgen, God bewaar me, lieve hemel .

     De meerlettergrepige tussenwerpsels worden, zoals uit de voorbeelden blijkt, soms als één woord, soms als meer woorden geschreven.
 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina