De vormen
 
[ 5·5·7·1 ]
 
De vormen die voorkomen voor de derde persoon zijn vermeld in schema 5.10. schema 5.10: De niet-zelfstandige bezittelijke voornaamwoorden van de derde persoon. 1

volle vorm gereduceerde vorm
enkelvoud mannelijk/onzijdig zijn z'n, ze
vrouwelijk haar 'r, d'r
meervoud hun 'r, d'r

1 Zie toelichting in de tekst. De gereduceerde vormen worden uitgesproken met een sjwa. In plaats van d'r kan in de uitspraak door assimilatie t'r ontstaan ( Ik geef t'r kinderen geen snoep meer).
 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina